Door: mr. Ingrid Janssen
Een procedure in het bestuursrecht kan de nodige tijd vergen. Om in bepaalde gevallen tijdwinst te boeken is circa één jaar geleden de Wet bestuurlijke lus geïntroduceerd. Bij toepassing van de bestuurlijke lus geeft een bestuursrechter het bestuursorgaan in een tussenuitspraak de mogelijkheid een gebrek in de besluitvorming te herstellen in plaats van het besluit direct te vernietigen. Een jaar na dato blijken de betrokkenen bij toepassing van de bestuurlijke lus echter toch nog zo’n 6 maanden te moeten wachten op een definitieve einduitspraak. Hoewel door toepassing van de bestuurlijke lus de finale geschilbeslechting sneller verloopt, stemt de looptijd van een procedure de betrokkenen nog niet echt tevreden.
Het versnellen van bestuursrechtelijke zaken heeft niet alleen de aandacht van de wetgever, maar staat ook op de agenda van de rechterlijke instanties. Zo werd bijvoorbeeld onlangs bekend gemaakt dat de rechtbanken vanaf 1 januari 2012 voor bestuurlijke zaken sneller een zitting zullen plannen.