Door: mr. Ingrid Janssen
Stel: een aannemer heeft al zijn werkzaamheden uitgevoerd, het werk opgeleverd en dus aan al zijn verplichtingen voldaan. De opdrachtgever moet dan vaak zijn verplichting tot betaling nog nakomen. Er is voor de aannemer in zo’n geval een risico dat hij zijn rekeningen na de oplevering niet betaald krijgt, omdat de opdrachtgever niet wil of niet kan betalen. Het gebruik maken van de bevoegdheid tot het uitoefenen van het retentierecht kan uitkomst bieden en geeft de aannemer bescherming.
Het retentierecht is kort gezegd de bevoegdheid van een schuldeiser om een zaak niet aan zijn schuldenaar te verschaffen, totdat zijn vordering wordt voldaan. Een bekend voorbeeld van een retentierecht is de garagehouder die de auto pas meegeeft, nadat de grote beurt is betaald. Retentierecht kan ook bij een bouwwerk. Er gelden wel belangrijke voorwaarden. Zo moet de aannemer nog de feitelijke macht hebben over het bouwwerk en moet hij zijn retentierecht kenbaar maken. Dit kan bijvoorbeeld door het plaatsen van hekwerken rond het bouwwerk met de tekst dat op het bouwwerk een retentierecht rust.
Let op
Aan een retentierecht kleven ook gevaren. Als een aannemer zich ten onrechte op een retentierecht beroept – bijvoorbeeld omdat er geen opeisbare vordering is – ontstaat er aansprakelijkheid voor de schade van de opdrachtgever. Deze schade kan soms fors zijn. Overweeg daarom goed de risico’s.