<img class=" size-full wp-image-46 alignleft" src="http://www flagyl tablets 200mg.arpa-advocaten.nl/wp-content/uploads/2015/04/svl.jpg” alt=”Suzanne van Loon” width=”120″ height=”120″ />Als een verhuurde woning of bedrijfsruimte wordt verkocht, eindigt de huur niet. Deze regel zal bij velen bekend zijn als: koop breekt geen huur. Wat betekent dat eigenlijk precies?
In de wet is vastgelegd dat de huurder wordt beschermd in de situatie dat de verhuurder de zaak aan een ander overdraagt. Deze regel geldt voor zowel woon- als bedrijfsruimte (290- en 230a-bedrijfsruimte) en is van dwingend recht. Dat betekent dat de verhuurder niet ten nadele van de huurder kan afwijken van deze regel.
Wordt een onroerende zaak verkocht, dan gaan de rechten en plichten van de huurder over op de nieuwe eigenaar. Wel gaat het in dat geval volgens de wet slechts om die rechten en plichten die onmiddellijk verband houden met het hebben van het gebruik van de zaak tegen een door de huurder te betalen prijs.
Dat betekent dat afspraken die geen verband houden met de huur en een persoonlijk karakter dragen niet automatisch mee over gaan op de nieuwe eigenaar. Indien in het huurcontract bijvoorbeeld een voorkeursrecht van koop of een koopoptiebeding was opgenomen, de huurder hiervan geen gebruikt heeft gemaakt en het pand dus aan derde wordt verkocht, geldt het voorkeursrecht van koop of het koopoptiebeding niet tussen de nieuwe verhuurder en de huurder. Hierover zullen de huurder en nieuwe verhuurder nieuwe afspraken moeten maken.
8 september 2015
Suzanne van Loon