Laatst kwam een klant bij mij omdat zijn buurman sinds kort zijn uitweg over de grond van de buurman belemmerde. Volgens mijn klant was er echter sprake van een erfdienstbaarheid van weg. Zo’n erfdienstbaarheid geeft iemand het recht om een stuk grond van een ander te gebruiken als uitweg naar de openbare weg. Een erfdienstbaarheid is vastgelegd in een notariële akte en wordt ook bij het Kadaster ingeschreven.
In dit geval was de erfdienstbaarheid van weg in 1955 gevestigd. Er had echter in 2009 een grootschalige en verplichte ruilverkaveling plaatsgevonden. Deze gehele ruilverkaveling is in één notariële akte vastgelegd. Mijn klant heeft toen over het hoofd gezien dat de erfdienstbaarheid van weg niet meer in deze notariële akte werd vermeld.
Nu de buurman de uitweg over zijn grond belemmerde, vroeg hij zich af wat in dit geval zijn rechten waren.
Vervallen erfdienstbaarheid
Na bestudering van de akte van ruiverkaveling stelde ik vast dat de erfdienstbaarheid inderdaad niet daarin was opgenomen. Uit vaste rechtspraak van de Hoge Raad (de hoogste rechter in Nederland) blijkt dat de erfdienstbaarheid van weg dan is vervallen.
Volgens de Hoge Raad is namelijk het uitgangspunt van de Landinrichtingswet (waarin de ruilverkaveling is geregeld) dat alle rechten na de ruilverkaveling onaantastbaar zijn vastgesteld. Dit betekent dat alle oude rechten – zoals de erfdienstbaarheid van mijn klant uit 1955 – die niet meer zijn opgenomen in de notariële akte, zijn vervallen.
Uitweg
Toch kunnen er volgens de Hoge Raad bijzondere omstandigheden zijn waardoor mijn klant kan eisen dat zijn buurman alsnog meewerkt om de oude erfdienstbaarheid opnieuw vast te leggen. Dat kan als onderstaande punten van toepassing zijn:
- Een erfdienstbaarheid is vervallen doordat het bij de ruilverkaveling niet is opgenomen in het ruilverkavelingsplan en de akte van toedeling;
- Het niet opnemen van de erfdienstbaarheid berust op administratieve vergissing van het Kadaster of de Landinrichtingscommissie;
- Er was geen reden om tijdens de ruilverkaveling de erfdienstbaarheid niet op te nemen. Als er geen administratieve fout was gemaakt, was de erfdienstbaarheid dan ook gewoon vastgelegd.
Alleen wanneer er sprake is van deze omstandigheden, kan volgens de Hoge Raad de vordering tot hervestiging van een erfdienstbaarheid worden toegewezen.
Bij mijn klant waren deze drie punten van toepassing, waardoor ik een verzoek bij de rechtbank had kunnen indienen. In dit geval hoefde ik echter niet naar de rechter. Voor mijn klant schreef ik namelijk een brief naar de betreffende buurman, die vervolgens vrijwillig meewerkte aan het opnieuw vestigen van de erfdienstbaarheid. Hiermee heb ik mijn klant een bezoek aan de rechtbank kunnen besparen en heb ik ervoor gezorgd dat hij weer gewoon gebruik kan maken van de weg die aan zijn perceel grenst.
Op 10 januari 2017 heeft de Rijksoverheid een nieuwsbericht uitgebracht met betrekking tot de ruilverkaveling. De overheid stimuleert het ruilen van kavels. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu start samen met het Kadaster een programma om stedelijke ruilverkaveling te stimuleren. Wilt u dit nieuwsbericht lezen? Klik dan hier.
Mocht u hiermee te maken krijgen, let er dan goed op dat eerdere erfdienstbaarheden worden opgenomen in de nieuwe akte. Heeft u daarbij hulp nodig of heeft u andere vragen over aspecten van het burenrecht? Belt u mij gerust; ik bekijk graag of ik iets voor u kan betekenen.
Ingrid Janssen
Advocaat voor bouwen en wonen