Door: mr. Suzanne van Loon

In de praktijk is het mogelijk om voor een door u gewenste bouwontwikkeling een herziening van het bestemmingsplan aan te vragen. Is de gemeente bij zo’n herziening op aanvraag gehouden aan termijnen waarbinnen zij beslissingen moet nemen? Ja, zo blijkt uit vaste rechtspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling).

De redenering van de Afdeling is erg juridisch van aard, maar feitelijk wel helder. De gemeente dient namelijk uiterlijk binnen 14 weken na ontvangst van een aanvraag of a) een ontwerpbestemmingsplan ter inzage te leggen of b) medewerking aan de planontwikkeling te weigeren. Wenst de gemeente mee te werken en wordt het plan dus ter inzage gelegd (a), dan dient het ontwerpbestemmingsplan 12 weken na de afloop van de inzage termijn te worden vastgesteld.

Tegen het uitblijven van een (deel)beslissing kan volgens de Afdeling beroep worden aangetekend bij de rechtbank. Een en ander nadat de gemeente in gebreke is gesteld. De rechter zal alsdan – al dan niet onder oplegging van een dwangsom – een termijn bepalen waarbinnen de gemeente alsnog een besluit moet nemen.

Hoewel de dagelijkse praktijk zich kenmerkt door een overlegstructuur, blijkt uit de rechtspraak dat partijen soms toch forse middelen (moeten) inzetten om een besluit te krijgen. In dat licht willen wij u deze informatie niet onthouden.